p
i e t   v a n   d i e p e n      
     
   
leids dictee 2007
   
 
Datum 31 januari 2007
Organisatie Boekhandel Selexyz Kooyker / Leidsch Dagblad
Auteur/voorlezer Eric-Jan Berendsen (journalist Leidsch Dagblad, voormalig rugbyinternational)
Spelling Groene Boekje 2005 / Van Dale 14e uitgave


De ramp met het kruitschip


Met een onwijze teringknal vloog 200 jaar geleden het kruitschip aan het Steenschuur de lucht in. De explosie van de 369 vaatjes buskruit was te horen van de Bouwelouwensteeg via de koeliekerk tot ver voorbij de Kolfmakersteeg. De Doezastraat was één puinhoop en de Ruime Consciëntiestraat leek wel een slagveld.

Juh, het carillon van het stadhuis was zelfs beschadigd, zo hoorde je boze tongen beweren. Maar ook buiten de singels werd de ontploffing gehoord. Waar nu woonwijk de Coebel is, schrok het vredig grazende vee zich de pleuris in de polder met zijn weidse vergezichten.
De volgende ochtend bij het hazengrauwen was de volle omvang van de ramp pas goed zichtbaar. Zo’n 160 Leidenaars konden op het stro worden gelegd, vooral kinderen, baggedetten, klodderkonten en hollewaaien die hadden verzuimd op tijd de kuierlatten te nemen.

Het mannelijk deel van de bevolking had mazzel. Dat was aan het werk of bevond zich in de stoel van de barrebok. Of zat gekleed in boezeroen met helmzeel en bonkertje in de relatieve veiligheid van de gelagkamer van etablissementen en lappenkroegen in de Janvossensteeg, Choorlammersteeg, Dwars Koornbrugsteeg of Pieterskerk-Choorsteeg.

Daar waren zij steevast aan het bonaken of bamzaaien en gooiden zich vol met bier, jajem en andere spiritualiën tot ze als een blei waren. Naast de 160 mensen met een tuintje op hun buik, waren er ook nog eens 218 huizen volledig verramponeerd. En lang niet iedereen was verassureerd in die tijd, hoor.

Ondanks de beperkte communicatiemiddelen in 1807, kwam de hulp snel op gang. Koning Lodewijk Napoleon, die naar verluidt zelf de klap in ’s-Gravenhage had gehoord, was als een speer naar Leiden gekomen om de plek des onheils met eigen ogen te aanschouwen. Na een tête-à-tête met de burgemeester nam hij de schade op. Wat een tyfuszooi, kon hij niet anders dan concluderen.

De nood was hoog maar boeren, burgers en buitenlui in den lande toonden zich geen nijpnaars en gaven met gulle hand. De arme dalvers van Leiden profiteerden meer dan getroffen rijkeluiskinderen van de gegoede burgerij.

Misbruik werd er ook gemaakt van de ramp. Door de enorme toestroom van ramptoeristen stegen de bierprijzen explosief en al gauw werden de lokale horecaffers beschuldigd van laaienlichterij. Klabakken waren nodig om de orde te herstellen en te voorkomen dat de waard een kuister voor zijn harses kreeg van het boze grauw.

Uitslag
1. Pieter van Diepen (4 fouten)

2. Ruud Paauw, voormalig redacteur Leidsch Dagblad (8 fouten)
3. ex aequo P. de Groot en Jacques Bettelheim, winnaar Groot Dictee 2006 (10 fouten)

Mijn fouten:
Coelikerk, Kolfmakerssteeg, verrampeneerd, algauw

Opmerkingen
• De bijnaam ‘koeliekerk’ is te danken aan het opschrift op de betreffende kerk, de Hartebrugkerk: Hic domus dei est et porta coeli.
Algauw staat in het Groene Boekje én in Van Dale en is m.i. ten onrechte fout gerekend.
• Jacques Bettelheim had ook verrampeneerd en algauw; de rest van zijn fouten waren verkeerd geschreven straatnamen.


Bijzonderheden
• Op 31 januari 2007 werd bij boekhandel Selexyz Kooyker het boekje ‘Het mooiste Leidse woord’ van Hans Heestermans gepresenteerd en werd bekendgemaakt welk woord uit de talloze inzendingen van Leienaars tot ‘het mooiste Leidse woord’ is uitgeroepen. Dat werd ‘bledder’, van bladder (blaas). Dat was oorspronkelijk alleen een leren voetbal met binnenbal en met een veter om de buitenbal dicht te rijgen. Later werd bledder ook gebruikt voor dikke (kale, of kalende) kop en zelfs voor (grote) vrouwenborst.
• Bij de presentatie van het boekje en het ‘onthullen’ van het mooiste Leidse woord zou ook een Leids dictee worden gehouden. In het echte Leids ben ik niet thuis, maar ik wilde wel bij het feestje voor Hans’ boekje zijn. Ik had mijn dicteevrienden Jacques en Bert ook niet getipt voor dit dictee – wat weten zij nou van het Leids.
Tot mijn verrassing kreeg ik een e-mail van Jacques: waarom ik niets had gezegd en of ik soms sneaky met de prijs wilde gaan lopen. Het dictee bleek toch gewoon in het Nederlands te zijn. Jacques was als winnaar van het Groot Dictee der Nederlandse Taal, in december 2006 in Den Haag, speciaal door de organisatie uitgenodigd, dus ze kwamen toch en er zat voor mij dan niet meer dan brons in!
• Bij de start bleek dat het dictee weliswaar in gewoon ABN moest worden opgeschreven, maar dat er toch wel veel Leids in zat: Leidse woorden (baggedetten, barrebok, helmzeel) en vooral Leidse straatnamen. Ik had dus thuisvoordeel. Als je dat buiten beschouwing liet, was het een gelijkspel met Jacques. Bert was niet in vorm en had een paar ‘gewone’ fouten meer dan wij.
• Dit dictee was de opvolger van het Leids dictee van 14 maart 2005 van boekhandel De Kler (de concurrent) en het Leidsch Dagblad, het eerste dictee dat ik won. Dat zou een jaarlijkse traditie worden, maar ging in 2006 al niet door.
• De 1e prijs voor het Leids dictee 2007 was niet mis: een enorme beker, formaat Europacup (ik heb aangeboden dat het wat mij betreft best een wisselbeker mag worden), een grote bos bloemen, het boekje van Hans Heestermans (met opdracht “Voor Pieter, die altijd alles goed heeft”) en last but not least de nieuwe dikke Van Dale, maar dan de luxe, gelimiteerde editie. Die mocht ik, als ik de Van Dale al had (zie Papendrechts dictee!), ook inruilen voor boekenbonnen ter waarde van € 219. Quod non.